Gezien het gewenste programma op de begane grond is gezocht naar een setting waar naast het hoofdgebouw de verschillende nevenfuncties achter elkaar kunnen worden gerealiseerd in het bijgebouw. Deze programmering resulteert in een L-vormig gebouw. Stedenbouwkundig is de kavel op de hoek niet dichtgezet maar wordt juist een gebaar naar de buurt gemaakt door de open hoek van het volume. De woning heeft een structuur waarbij faciliterende functies aan de gevel grenzen en fungeren als buffer tussen openbaar en privé. Ter plaatse van deze functies wordt de gevel geperforeerd door smalle raamopeningen. Daar waar de gevel grenst aan de tuin opent zich het volume door grote glaspuien.
Er is hier niet gekozen voor een traditionele functiestapeling. De ‘verplichte’ kap vanuit het bestemmingsplan wordt vermeden door de slaapkamers in het souterrain te realiseren. Om deze niet volledig de grond in te drukken is er voor gekozen de begane grond circa één meter boven maaiveld te situeren. Middels patio’s ontvangen de slaapkamers in het souterrain voldoende daglicht en ontstaan er relaties met de tuin. De woonfuncties op de begane grond hebben op deze manier mooi zicht op de tuin.
De materialisatie is licht van kleur (in de tinten wit-lichtgrijs) en bestaat uit een strakke onder- en bovenkant in prefab beton waartussen open en dichte geveldelen elkaar afwisselen. De gesloten delen krijgen dezelfde kleur maar verbijzonderen zich door de textuur van het oppervlak.
